Muisje onweer.
Muisje en Egel waren gaan kamperen.
Voor het eerst ging Egel mee.
Ze had nog nooit in een tent geslapen.
Dat vond ze best een beetje spannend.
Vooral nu het buiten regende.
En niet zomaar regende…
het plensde.
De druppels kletterden op het zeildoek,
en roffelden als kleine hamertjes boven hun hoofd.
Binnen in de tent was het gelukkig droog en knus.
Ze lagen samen op het luchtbed, lekker op de slaapzak.
Muisje had een klein lampje boven in de tent gehangen,
dat zachtjes brandde.
En naast hen stond een mandje met wat drinken,
een zaklampje, en een doosje rozijntjes voor het geval ze trek kregen.
Egel lag met grote ogen omhoog te kijken.
“Houdt dat zeiltje echt de regen goed buiten?”
vroeg ze bezorgd.
Muisje lachte zacht.
“Ja hoor,” zei ze.
“Als je er tenminste niet met je vinger tegenaan duwt…”
“Oké,” zei Egel.
Egel haalde haar pootje weg van het zeil,
en rolde zich op in haar deken.
Ze luisterden samen naar de regendruppels die op het zeildoek vielen.
Buiten rommelde de lucht en tikten de druppels als een slaapliedje.
Binnen in de tent rook het naar gras,
slaapzak en een beetje rozijntjes.
En Egel… die viel langzaam in slaap, veilig bij Muisje.